Na het Franse NON en het Nederlandse NEE in de onlangs gehouden referenda lijkt het grondwettelijk verdrag ten dode opgeschreven.
Nederlandse politici die in overgrote meerderheid voor de Grondwet zijn, likken hun wonden en vragen zich af hoe de kloof tussen politiek en volk te dichten is. De premier vraagt zich af hoe hij deze afwijzing aan zijn collega’s moet uitleggen en roept daarom op tot een ‘brede maatschappelijke dialoog’ over Europa om daarachter te komen. En in Europa vraagt men zich voor de zoveelste keer in een paar jaar af wat er toch in Nederland gaande is.
Historische kans
COC Nederland heeft door de ‘roze bril’ naar de Europese Grondwet gekeken en is tot een positief oordeel gekomen, dat echter met nadruk gesteld daarmee nog geen stemadvies was.
De Europese Grondwet zou een historische kans geweest zijn om een stap vooruit te zetten als het gaat om de rechten van homoseksuele mannen, lesbische vrouwen, biseksuelen en transgenders in heel Europa. Het ontbreken in de preambule van een verwijzing naar de joods-christelijke grondslag van Europa, het opnemen van non-discriminatie als fundamentele Europese waarde, het vastleggen van gelijkheid ook op grond van seksuele gerichtheid als bindend grondrecht, de actieve bescherming tegen discriminatie, de grotere zeggenschap van het Europese Parlement, ons ‘homohuwelijk’ dat niet onder Europese regelgeving zal vallen en het feit dat toekomstige lidstaten dit alles moeten onderschrijven om toe te mogen treden tot de Europese Unie zijn daar de voornaamste argumenten voor.
Hoe nu verder? – internationale solidariteit en lobby
Nu de Europese Grondwet is verworpen in twee landen, bestaat de kans op nieuwe onderhandelingen. Daarmee lopen we het risico dat de afspraken over gelijkberechtiging en non-discriminatie in een herziene versie er slechter vanaf komen.
Dat hoeft voor Nederland geen ramp te zijn, maar is dat natuurlijk wel voor homoseksuele mannen, lesbische vrouwen, biseksuelen en transgenders in de meeste van de andere lidstaten van de Europese Unie waar de emancipatie nog niet zo ver gevorderd is.
Dat vraagt van ons dus internationale solidariteit. Het lobbynetwerk met andere organisaties die werken aan gelijkberechtiging en mensenrechten dient opnieuw opgezet te worden om het goede van de Europese Grondwet te handhaven. De COC Landelijke Werkgroep Internationaal Beleid (LWIB) zal zich daarvoor gaan inzetten binnen ILGA Europe. In Nederland zal het COC deel willen nemen aan het debat over Europa dat premier Balkenende wil laten houden.
En mogelijk kan het COC een internationale conferentie (‘Roze Europese Conventie’) over dit thema organiseren in 2006 ter gelegenheid van het zestigjarig bestaan van het COC.