De acties die op ‘Coming Out Day’ gevoerd worden, hebben de bedoeling om holebi’s te sterken, de moed te geven om voor hun seksuele voorkeur uit te komen – vooral op het werk, waar seksuele voorkeur nog vaak een taboe-onderwerp is.
Het zwijgen over je seksuele voorkeur op je werk kan door homofobe collega’s gemakkelijk opgevat worden als een teken van zwakte. Een letterlijk stilzwijgend instemmen met de homofobe opvattingen over homo- en biseksualiteit van die collega’s. Een betekenis dus dat holebi’s hun seksuele voorkeur ook zelf zien als iets waar je je schuldig over zou moeten voelen of als iets dat minderwaardig is.
Daarom roepen de organisatoren holebi’s op vanaf ‘Coming Out Day’ open over hun seksuele voorkeur te zijn. Dat geeft een positief gevoel van eigenwaarde en doorbreekt vooroordelen bij collega’s. Bovendien kan het anderen die dat nog niet meteen durven de moed geven ook uit de kast te komen.
Thomas Wilde, directeur van SFN zegt daarover: ‘De acties die we in Hannover tijdens ‘Coming Out Day’ organiseren, tonen aan dat collega’s op het werk best open wilden staan voor holebi-collega’s. Maar om van die liberale houding te kunnen profiteren, moeten holebi’s ook zelf de stap uit de kast durven zetten. ‘Coming Out Day’ blijkt voor velen net dat zetje te geven om die stap te doen. En de echte winst is dat meer openlijke holebi’s op het werk ook bijdragen aan het doorbreken van het eenzijdige beeld dat in de media nog vaak gegeven wordt van homoseksuele mannen, lesbische vrouwen en biseksuelen. In plaats van dat eenzijdige beeld treedt nu de veelzijdigheid van het werkelijke leven naar voren. Het beeld van holebi’s die op tal van plaatsen hun beroep uitoefenen, je buren zijn, kinderen hebben en bezig zijn met de opvoeding daarvan’.