Dat is, ondanks de maatschappelijke acceptatie van homoseksualiteit, nog altijd een taboe in het (betaald) voetbal.
De KNVB dient dat taboe te doorbreken door het beleid van FA, de Engelse voetbalbond, als voorbeeld over te nemen. Enerzijds bespreekbaar maken van homoseksualiteit, anderzijds hard optreden tegen vormen van homofobie.
‘Blijkbaar is het klimaat rond homoseksualiteit in het voetbal nog van dien aard dat spelers, ook bij de amateurs, nog niet openlijk voor hun homoseksuele voorkeur durven uitkomen’, zegt Frank van Dalen, voorzitter van COC Nederland. ‘Dat vraagt om een
tweesporenbeleid
, waar wij nader met KNVB-directeur Kessler overleg over willen hebben en onze medewerking voor aanbieden’.
‘Ten eerste een
publiekelijk signaal tegen uitingen van homofobie
. In Engeland zijn onlangs twee Norwich-supporters van de tribune gehaald en gearresteerd vanwege homofobe spreekkoren. Ze hebben van de rechter een voorwaardelijk stadionverbod gekregen. In Nederland kan de KNVB dat soort maatregelen ook nemen – zelfs zonder tussenkomst van een rechter. Maar dat gebeurt niet’, zegt Frank van Dalen, voorzitter COC Nederland.
‘Ten tweede door het voeren van een
campagne om homoseksualiteit bespreekbaar te maken
. Vooral aan de basis, in het amateurvoetbal en bij de jeugd. De KNVB-campagne ‘Wat doe jij om het voetbal leuk te houden?’ is daar een prima ingang voor’, stelt Van Dalen zich voor.
‘Clubbestuurders, trainers, supportersverenigingen en spelers zouden daarbij betrokken moeten worden. COC Nederland biedt zijn expertise graag aan om zo’n campagne op te zetten en vorm te geven’.
‘Door zo’n campagne te voeren én de homofobe sfeer in de stadions bij het (betaald) voetbal aan te pakken, zou het KNVB een
belangrijk signaal naar het hele voetbal én de samenleving
afgeven. Ook voor die jongeren die nog met hun homoseksualiteit worstelen en zich afvragen of hun toekomst wel in het voetbal ligt of dat het misschien toch beter is om voor een homovriendelijker sport te kiezen’, zo onderstreept Van Dalen het belang van deze aanpak.
Zie ook:
SPORTWEEK
nr. 33 15 augustus 2006 – pag.19
met COC-voorzitter Frank van Dalen over coming-out in de sport
.
Statisch gezien lopen er elk seizoen zo’n veertig homoseksuele voetballers in de eredivisie rond. Maar al die jaren is er niet één opgestaan met de mededeling: ‘Okay. I’m gay, so what?’. Het zou mooi zijn als dat komend seizoen gebeurt.
_Toch, Frank van Dalen?_
COC-voorzitter Frank van Dalen: ‘Als je uit de kast komt als homoseksueel is dat een bevrijding, je gooit elke belemmering over boord. Het lijkt me dat je als sporter enkel de top kunt halen als je vrij bent van belemmeringen. De Canadese zwemmer Mark Tewksbury heeft bijvoorbeel na zijn coming-out drie wereldrecords gezwommen.
De coming-out van een homoseksuele profvoetballer zou ontzettend belangrijk zijn, ook voor anderen. Er zijn veel mensen in het machowereldje van het amateurvoetbal die dan denken: _fuck it_, dan kan ik het ook zeggen.
En het is belangrijk, ook omdat homoseksualiteit niet volledig wordt geaccepteerd door de samenleving. Veel mensen denken van wel, maar dat is meer tolereren. Voor de wet zijn we gelijk, door de samenleving worden we nog steeds niet volledig geaccepteerd. Daar is sprake van subtiele uitsluiting. Een klant nodigt je uit met je partner, maar dan vraagt je collega: wie neem jij eigenlijk mee? Terwijl ze weten dat je een vriend hebt, snap je?
In de blaadjes en op tv vinden we het goed, maar in de eigen omgeving is er geen absolute acceptatie. Een homoseksuele profvoetballer zou daar een enorm rolmodel in kunnen zijn.
Of de druk niet te groot is? Nou, de coming-out zelf werkt bevrijdend, maar het kan een moeilijke strijd worden. Onze hulp krijgt-ie als clubs, supporters of media ingewikkeld gaan doen. Daarvoor hebben we verschillende kanalen, we kunnen bijvoorbeeld politieke druk uitoefenen. Het zou fantastisch en enorm belangrijk zijn als een topvoetballer toegeeft dat-ie homoseksueel is’.