John Blankenstein, 12 februari 1949 geboren in De Bilt, leed al tijden aan een slopende ziekte, maar zijn dood komt toch nog schokkend onverwacht. COC Nederland condoleert zijn familie, vrienden en nabestaanden en wenst hen veel sterkte bij het verwerken van het verlies.
Zijn ziekte heeft hem er overigens niet van weerhouden om zich tot kort voor zijn dood te blijven inzetten voor zaken die belangrijk voor hem waren. Zo stond hij op 19 juli jl. nog op de stoep van de Iraanse ambassade in Den Haag en bood daar een petitie aan in protest tegen de vervolging van homoseksuelen in Iran. Een protestactie die mede door Blankenstein georganiseerd was in het kader van de internationale herdenking van de executie van twee jongens in Iran een jaar daarvoor.
En op 21 maart jl. was hij een enthousiasmerende wedstrijdleider tijdens de De Derde Helft, het voetbaltoernooi dat dit jaar in het kader van de Internationale Dag tegen Racisme en Intolerantie voorafgaande aan de conferentie De Aftrap gehouden werd. Tijdens dit toernooi dat internationaal de aandacht trok, werd tussen voetbalploegen van homo’s, latino’s en moslims gespeeld.
Zijn betrokkenheid bij De Derde Helft was John ten voeten uit: voetbal was zijn passie.
Hij voetbalde zelf van 1959-1966 bij het Haagse VCS en werd daarna scheidsrechter. Tot 1979 bij de amateurs, daarna tot midden jaren negentig bij de profs. Vanaf 1985 floot hij ook internationale wedstrijden. In 1996 leidde hij zijn laatste wedstrijd. Daarna werd hij hoofd scheidsrechterszaken bij de KNVB. De laatste jaren was hij betrokken bij het Masterplan Arbitrage. Hij was daarnaast bestuurslid bij de European Fair Play Movement (EFPM) en het Comité International du Fair Play (CIFP).
Al kort na zijn overlijden was er een eerbetoon. Op vrijdagavond werd een minuut stilte gehouden in het Parkstad Limburg Stadion voorafgaande aan de eredivisiewedstrijd Roda JC Kerkrade tegen ADO Den Haag. Passend, want John was ook nog supporter van ADO.
Landelijke (en internationale) bekendheid kreeg John Blankenstein door al snel nadat hij in 1979 scheidsrechter in het betaald voetbal was geworden openlijk uit te komen voor zijn homoseksualiteit. Baanbrekend, want de voetbalwereld is nog altijd, in de woorden van John zelf ‘een macho-wereldje’. Samen met zijn collega Ignace van Swieten, vorig jaar mei overleden, vormde hij een uniek koppel – liefst twee homoseksuelen floten in de top van het Nederlands voetbal in de jaren tachtig en negentig.
Blankenstein was ook betrokken bij de Gay Games in Amsterdam in 1998. Hij zei daarover: ‘Het is een sportief evenement. Geen folklore, maar ook weer niet echt topsport. Tenzij er een mirakel gebeurt en er echte toppers meedoen, maar dan had de organisatie al lang hoog van de toren geblazen. Zelf leg ik tijdens de openingsceremonie de eed af namens de officials en fluit ik ook nog de voetbalfinale bij zowel de vrouwen als de mannen. Dat vind ik leuk, omdat ik graag fluit maar ook omdat ik dezelfde geaardheid heb als de organisatie. Je kunt je natuurlijk afvragen of het nodig is, speciale wedstrijden voor homo’s. Ik denk toch van wel, ook in Nederland. Tolerantie hier is vaak schijntolerantie. Dat merk je aan de bekende en minder bekende Nederlanders die het in de media hebben over ‘handtasje werpen’ en zo als sport op de Games. Dat vind ik net zo flauw en goedkoop als sommige nichten zelf soms ook kunnen zijn’.
Zo gebruikte John Blankenstein zijn landelijke bekendheid als openlijk homoseksueel prof-scheidsrechter wel vaker om onderwerpen rondom het thema homoseksualiteit onder de publieke aandacht te brengen in de lokale en landelijke media.
Zo was hij in 2001 één van de prominenten die imam Khalil el-Moumni aanklaagde vanwege zijn opmerkingen in het tv-programma Nova over. El-Moumni werd, tot verbazing en ontzetting van Blankenstein, vrijgesproken, maar de commotie rond die uitzending had het thema homoseksualiteit in onze pluriforme samenleving onverbiddelijk op de maatschappelijke agenda gezet. Sindsdien zijn er projecten om de dialoog rond homoseksualiteit en religie te voeren en homoseksualiteit in etnische kring bespreekbaar te maken.
Activiteiten waar de KNVB niet altijd blij mee was – zo moest John vragen van de media over zijn aanklacht tegen El-Moumni van de KNVB-directie buiten de hekken van Sportcentrum Zeist maken om daarmee te beklemtonen dat het om een privé-actie ging waar de KNVB geen rol in had. Formeel juist, maar ook wel tekenend voor de lichte paniek die bij de KNVB nog altijd lijkt op te spelen als het thema homoseksualiteit aan de orde komt.
En ook dat thema werd door Blankenstein nadrukkelijk aan de orde gesteld als het om het voetbal zelf ging. Zo maakte hij bekend zeker vijf homoseksuele topspelers te kennen, die daar niet voor uit durfden te komen, omdat hun seksuele voorkeur ten koste van hun carrière zou gaan.
Dat taboe is er nog altijd – het is aan ons om dat te doorbreken door de fakkel van John over te nemen. En daarvoor zijn er mogelijkheden, want nog in het weekend na zijn dood wordt bekend dat de Engelse voetbalclub Manchester City zich aansluit bij het Diversity Champions-netwerk van Stonewall, het Britse kenniscentrum voor homo- en lesbische emancipatie, en echt werk gaat maken van de bestrijding van homofobie en het bevorderen van de acceptatie van homoseksualiteit in en rond het voetbal.
Voor al deze zijn activiteiten op het kruisvlak van sport en het bevorderen van de maatschappelijke acceptatie van homoseksualiteit is John Blankenstein meermaals onderscheiden.
Blankenstein kreeg op 23 april 2005 op Papendal de Harry Stapelprijs van de Nederlandse Culturele Sportbond. John kreeg de prijs ondermeer ook omdat door zijn inspanning Homo Sport Nederland lid kon worden van NOC-NSF.
En John Blankenstein kreeg voor zijn inzet voor de homo-emancipatie op 14 februari 2003 van het COC de Bob Angelo Penning (genoemd naar de schuilnaam van COC-oprichter Niek Engelschman).
Vanaf januari 2004 was John Blankenstein bestuurslid van COC Haaglanden. De eerste periode als voorzitter en later als algemeen bestuurslid. Op zijn initiatief is dit voorjaar BastaRadio ontstaan. Dit programma op donderdagavond presenteerde hij met veel plezier. De afgelopen zomer probeerde hij vanuit zijn sportieve deskundigheid het WK Voetbal bij de gasten van het Bastacafé van COC Haaglanden aantrekkelijk te maken door alle wedstrijden van het Nederlands elftal van zijn eigen commentaar te voorzien.
We zullen het missen – dat commentaar van John – op het voetbal zelf, de homofobie in en rond het veld en ver daarbuiten in de hele samenleving.
Zie ook het condoleanceregister