Bij de opening van de Roze belweek stond de telefoon roodgloeiend. Het eerste telefoontje dat binnenkwam was van een man die de foto van zijn geliefde even weghaalde als de verzorgster zijn kamer binnenkwam. Verder kwamen er enkele telefoontjes binnen van 50-plussers die nu nog zelfstandig woonden, maar zich wel zorgen maakten over later als dat niet meer zou kunnen. Een man wilde graag weten in welke bejaardentehuizen er heel gewoon wordt omgegaan met homoseksuele bewoners. Een vrouw vertelde hoe ze zelf voor haar gevoel gediscrimineerd werd door haar omgeving.
De belweek heeft tot doel te inventariseren wat er leeft bij homo en lesbische 50-plussers, en is een gezamenlijk initiatief van COC Nederland, Anbo voor 50-plussers, Schorer en het Kenniscentrum lesbisch en homo-emancipatiebeleid. De resultaten van de belweek worden gebundeld in een Groenboek.
Gerda Verburg (CDA) nam bij de opening meteen plaats achter de telefoon. Bellers reageerden een beetje verbaasd dat ze ‘zomaar’ Tweede-kamerlid Verburg (plaats 4) aan de lijn kregen. Verburg nam ruim de tijd voor haar eerste beller – een man van 51 jaar die veel te vertellen had. Hij heeft artikel 248 bis nog meegemaakt en vindt dat in een verzorgingstehuis homoseksualiteit gewoon bespreekbaar moet zijn. Gerda Verburg: ‘Hij zei ook dat de emancipatie van homoseksuelen nooit voltooid is, en daar ben ik het wel mee eens. Er zijn altijd nieuwe situaties en ontwikkelingen waar je op moet reageren.’
Verburg is vice-voorzitter van het CDA en een van de weinige lesbische vrouwen in de Tweede Kamer, woordvoerder sociale zaken. Ze vindt de belweek een belangrijk initiatief. ‘Het is belangrijk om de ervaringen van mensen te horen. Het mooie is dat mensen hier kunnen vertellen hoe ze dingen ervaren. Wat maken mensen mee? Wat moet opgepakt worden door de politiek of zorginstellingen? Een man die ik net aan de telefoon had, gaf als suggestie dat in verpleegopleidingen aandacht besteed moet worden aan homo en lesbische ouderen. Als er op dit moment geen aandacht aan wordt besteed – dat weet ik niet – dan zou dat een goed idee zijn.’
Naïma Azough (GroenLinks) ondersteunt dit idee: ‘Verzorgers en verplegers associëren homoseksualiteit niet met ouderen. Er is ook een taboe op seksualiteit bij ouderen in het algemeen. Dat is natuurlijk absurd. Homoseksualiteit is dan nog een stap verder. Er kunnen ook relaties ontstaan in een bejaardentehuis. Daar moet niet vreemd van opgekeken worden. Het is belangrijk dat verplegend personeel hier professioneel mee omgaat, dus geen onderscheid maakt bij het verlenen van zorg.’
Azough wijst er ook nog op dat het belangrijk is dat het COC en homobelangenorganisaties zich lokaal sterk organiseren om inspraak te hebben bij de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Het is nog niet helemaal duidelijk hoe de WMO in de praktijk gaat werken. Maar soms wordt als kritiek geuit dat de zorg aan ouderen afgeschoven wordt op de mantelzorg. Azough: ‘Homoseksuelen hebben vaak geen kinderen. Zij kunnen dus minder makkelijk terugvallen op de mantelzorg. Wat moeten zij doen? Ik vind dat je op je oude dag niet gestraft moet worden als je geen kinderen hebt.’
Boris Dittrich (D66) was ook aanwezig bij de opening van de belweek. Hij heeft zich jaren sterk gemaakt voor homorechten maar gaat de Tweede Kamer verlaten. Hij is op zoek naar een functie in het buitenland op het gebied van mensenrechten, maar wil zich ook blijven inzetten voor homo-emancipatie.
Ouderengroepen bij lokale COC-verenigingen
Veel plaatselijke COC-verenigingen hebben ouderengroepen en salons voor homo en lesbische vijftigplussers. Zij bieden een ontmoetingsplaats en brengen de belangen van homo en lesbische ouderen onder de aandacht van de lokale overheid. De ouderengroepen van plaatselijke COC-verenigingen participeren in het landelijke platform Homo en Lesbische Ouderen. Meer informatie over lokale homogroepen voor ouderen en het landelijk platform is te vinden via: www.coc.nl/ouderen