Dat is in het kort wat Peter Bergwerff betoogt in zijn Anton de Kom-lezing Vrij op recht te doen: (orthodox) geloof en homoseksualiteit_.
Minderheidspositie
Gelovigen en homoseksuelen bevinden zich beiden in een minderheidspositie, stelt Bergwerff. Als ze zich daarvan bewust zijn, kan dat volgens hem ‘op z’n minst leiden tot meer begrip voor elkaars positie temidden van een veelszins onverschillige meerderheid’.
De felheid van de huidige discussie voert hij terug op het feit dat geloof en homoseksualiteit ‘beide levenskeuzen zijn die een totaal beslag leggen op de mens en daardoor elkaars harde concurrenten zijn’.
Liefdevolle benadering
Volgens Bergwerff is het met de homo-emancipatie in Nederland niet zo best gesteld als soms naar voren wordt gebracht. Hij verwees naar het vorig jaar verschenen SCP-rapport ‘Gewoon doen’, waarin 42 procent van de bevolking aangeeft te ‘walgen’ bij het zien van zoenende mannen.
‘Homoseksuelen zijn dan meer gebaat bij een liefdevolle benadering, ook van mensen die moeite hebben met de homoseksuele leefstijl’, concludeerde Bergwerff.
Grondrechten
Bergwerff bepleitte een volledige vrijheid van meningsuiting, voor beide zijden. Bovendien wil hij niet dat er een rangorde in grondrechten – met name meningsuiting en het non-discriminatiebeginsel – wordt aangebracht. Wetgeving om zogenaamde _hate speech strafbaar te stellen, zoals in bijv. Canada het geval is, wijst Bergwerff radicaal af. Dat leidt volgens Bergwerff tot ‘Gedankepolizei’ en muilkorft het maatschappelijke debat.
‘Koesteren van haatgevoelens is geen misdaad, tenzij dit gepaard gaat met handelingen en dan zijn het die handelingen die strafbaar gesteld dienen te worden’, stelt Bergwerff.
Coreferent
Herman Meijer
, voorzitter van Art.1, vindt wel dat de vrijheid van meningsuiting ook in het gezin invloed mag hebben. ‘Een homoseksueel kind mag zich niet als zodanig ontwikkelen. Met name gevoelige, eerlijke kinderen komen hierdoor in de knel. Zo’n benadering zou je kunnen afwijzen als gevaar voor de geestelijke gezondheid. Het is ongelijke behandeling tussen het ene en andere kind’.
Bergwerff wil juist de invloed van de Grondwet alleen toepassen op de relatie tussen overheid en burger. ‘Ik vind dat ouders de vrijheid moeten hebben hun kinderen op te voeden. Want als je kinderen liberaal opvoedt, maak je ook een keuze. Daarbij is ook sprake van een vorm van indoctrinatie’.
Keuze
Felle reacties waren er vanuit de zaal op Bergwerffs opmerking dat een homoseksuele leefwijze ten diepste een keuze is, net zo goed als geloof of een heteroseksuele leefwijze. En daarom is het ook geoorloofd om daar kritiek op te hebben, ook vanuit christelijke hoek, stelt Bergwerff.
Meijer wees Bergwerff er op dat in geloof de natuurlijke aanleg ontbreekt. ‘Dus de gelijkstelling van keuzes is een grote vergissing. En dat homoseksuelen in de maatschappelijke discussie fel op zulke opmerkingen reageren, komt omdat het gaat om het verlies van het recht te zijn wie je bent’.
DOWNLOAD: Anton de Kom-lezing van Peter Bergwerff.