Wethouder Marco Florijn van de gemeente Leeuwarden doet de delegatie van het consortium Roze50Plus de toezeggingen dat hij COC Friesland zal ondersteunen bij het bespreekbaar maken van seksuele diversiteit in de zorg en zorgopleidingen. Hij zal tevens in de bespreking van de voorwaarden voor aanbesteding huishoudelijke zorg binnen de WMO homovriendelijkheid opnemen.
Om 14.00 uur vindt in Woonzorgcentrum De Ebbingepoort in Groningen het spel Wie van de 3 plaats. Het van tv bekende spelletje Wie van de 3 is omgebouwd tot een spel waarin 3 mannen of vrouwen zich voor stellen als homoseksueel. Slechts één van hen spreekt de waarheid. Aan een 4-koppig panel de opdracht de enige echte homo te ontmaskeren. Alles mag worden gevraagd. Op deze manier worden vele taboes en vooroordelen blootgelegd.
In het panel in Groningen zit, naast mensen die werkzaam zijn in de zorg, Imca Marina.
De Roze Loper is een project om zorginstellingen te motiveren om oog krijgen voor de seksuele diversiteit bij bewoners en werkenden. Het is ook een sleutel om de homovriendelijkheid van woon- en zorginstellingen te toetsen. Dit toetsen kan door online een tolerantiescan in te vullen. Goedgekeurde instellingen krijgen vervolgens een certificaat: de Roze Loper.
Nederland telt zo’n 400.000 roze vijftigplussers en Roze 50+ Nederland ontplooit al geruime tijd activiteiten om het gebrek aan begrip voor roze ouderen in zorgcentra onder de aandacht te brengen. Daarbij gaat de aandacht vooral uit naar de zorgcentra en hun personeel. Daarvan zijn er 2100 in Nederland.
De Roze Loper estafette doet de steden aan in een acht meter lange roze limousine. De delegatie meldt zich bij een zorgcentrum, vraagt belet bij de directie en gaat op ludieke wijze in gesprek met bewoners en verzorgenden. Alle bezoeken worden op video vastgelegd en zijn straks o.a. te vinden op RozeZorg.nl en Roze50Plus.nl.
Roze 50+ Nederland en de Roze Loper is een samenwerkingsproject van ANBO, COC, MOVISIE en Schorer.
De Roze Loper wordt mogelijk gemaakt door het Nationaal Ouderenfonds, Stichting Dijkverzwaring, het Blauwe Fonds en het ministerie VWS.