Als een asielzoeker aannemelijk kan maken dat hij in zijn eigen land gegronde vrees heeft voor vervolging vanwege zijn seksuele gerichtheid, dan kan hij in Nederland een asielvergunning krijgen.
Dat heeft Leers in februari jl. in een brief aan het COC geschreven. De minister is dan ook verbaasd dat het COC nu kritiek op zijn beleid heeft en daarbij zijn brief selectief samenvat. Leers blijft graag in gesprek met het COC over het asielbeleid en over de opvang van LHBT’s in de Nederlandse asielzoekerscentra.
Zoals altijd zal de individuele situatie van een asielzoeker worden beoordeeld, stelt de minister. Dat geldt ook voor LHBT’s uit Afrika die in Nederland asiel vragen. De situatie in het land van herkomst wordt daarbij meegewogen, zoals de wetgeving, de strafrechtelijke vervolging, bedreigingen, pesterijen en intimidatie.
Maar minister Leers wil niet automatisch aan elke LHBT’er een asielvergunning geven. Hij wil individueel laten beoordelen of er sprake is van een gegronde vrees voor vervolging vanwege seksuele gerichtheid. De medewerkers van de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) zijn daarvoor volgens de minister goed opgeleid, ook in de ethische aspecten bij het doorvragen in gesprekken over homoseksualiteit.
Aan LHBT’s die vrezen voor vervolging, wordt volgens Leers ook niet altijd de eis gesteld dat zij eerst bescherming vragen aan de autoriteiten in hun eigen land. Dat geldt niet alleen in landen waar homoseksualiteit strafbaar is, maar ook in landen waar bescherming door de autoriteiten onmogelijk is of een verzoek daartoe bij voorbaat zinloos of zelfs gevaarlijk is.
In het Nederlandse asielbeleid is dus volgens minister Leers al geregeld waar het COC om vraagt.
‘De reactie van Leers gaat voorbij aan onze kritiek’, zegt voorzitter Vera Bergkamp van COC Nederland. ‘De minister neemt niet één van onze voorstellen ter verbetering van het asielbeleid voor LHBT’s over. Zo willen wij dat LHBT’s uit Oeganda, waar kranten oproepen LHBT’s te vermoorden, eenvoudiger asiel kunnen krijgen. Een regel die bijvoorbeeld ook geldt voor LHBT’s uit Iran. Dit weigert de minister. HIj wijst er in zijn reactie slechts op dat het iedereen vrij staat om in Nederland asiel aan te vragen. We praten graag verder om hem alsnog te overtuigen van de noodzaak voor een beter asielbeleid voor LHBT’s’.
Leers wijst er tenslotte in op dat Nederland in internationaal verband ook steeds aandacht vraagt voor de positie van LHBT’s. Het afschaffen van de strafbaarheid van homoseksualiteit in verschillende landen heeft daarbij de hoogste prioriteit. In Europees verband steunt Nederland de bepalingen over de positie van kwetsbare groepen in het asielbeleid van de Europese lidstaten.
Zie: Brief minister Leers aan COC Nederland.
Zie ook:
Leers: geen beter asielbeleid voor homo’s
Geen vertrouwenspersoon voor LHBT’s in asielzoekerscentra
COC gematigd positief over gesprek Leers