COC Nederland voerde tijdens de Canal Parade actie met posters, vliegtuigjes en spandoeken met de teksten ‘Weiger de weigerambtenaar’ en ‘Voorlichting op elke school’.
‘Onze boodschap was gelukkig heel erg zichtbaar’, zegt COC-voorzitter Vera Bergkamp. De standpunten daarover kwamen ook duidelijk aan de orde tijdens de tv-uitzending van de Canal Parade door de Avro.
‘Er is nog ruimte, twijfel bij de minister en dus nog hoop’, zegt de COC-voorzitter over de discussie die ze onderweg aan boord met de minister van Onderwijs en Emancipatiezaken voerde. ‘Ik ben blij dat gebleken is dat de minister open staat voor onze argumenten’.
Op de regeringsboot werd de minister over verplichte LHBT-voorlichting op elke school ondermeer aangesproken door stadspredikante Abeltje Hoogenkamp van de Protestantse Kerken Amsterdam. Hoogenkamp maakt zich zorgen over de vele scholen die weigeren LHBT-voorlichting toe te laten.
Het COC is met de minister overeengekomen om in een later stadium verder te praten over het belang van verplichte LHBT-voorlichting en over de weigerambtenaren.
Minister Van Bijsterveldt liet via een woordvoerder na afloop van de Canal Parade weten zich ervan bewust te zijn dat voorlichting over homoseksualiteit op scholen ‘beter kan en moet’. Om dat doel te bereiken heeft het COC ‘nog nooit zoveel subsidie gekregen waarmee ze bijvoorbeeld gastlessen over homoseksualiteit op scholen kan geven’.
Maar Van Bijsterveldt wil geen ‘van overheidswege opgelegde verplichte les’ op scholen om voor te lichten over homoseksualiteit. De CDA-minister denkt dat het opnemen van seksuele vorming – waaronder voorlichting over homo- en transseksualiteit – in de kerndoelen van het onderwijs niet ‘het meest effectieve middel’ is om de veiligheid van lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender-leerlingen op school te bevorderen. Het gaat er vooral om ‘respectvol met elkaar omgaan’ te bevorderen en dat laat zich volgens Van Bijsterveldt ‘niet vatten in een van overheidswege verplichte les’.
Daarmee negeert de minister een motie die een overgrote meerderheid in de Tweede Kamer – ook gesteund door VVD en PVV – in juni heeft aangenomen. Enkel CDA, ChristenUnie en SGP stemde tegen de motie.
Actievoeren voor verplichte LHBT-voorlichting op elke school blijft dus nodig, want de minister is nog niet om
.
Ook over de weigerambtenaren werd met de minister gesproken, ondermeer door de burgemeesters Onno Hoes van Maastricht en Peter Rehwinkel van Groningen en door haar partijgenoot Jan Hutten, CDA-fractievoorzitter in de Staten van Gelderland.
Vooral het gesprek dat de minister voerde met twee vrouwen uit Gorinchem, die door een huwelijksambtenaar geweigerd zijn, heeft volgens het COC erg veel indruk gemaakt op Van Bijsterveldt. ‘Ik merkte dat de minister dat persoonlijk heel erg vond’, zegt Bergkamp.
Minister Van Bijsterveldt zegt haar beleid als het gaat om weigerambtenaren vooralsnog niet te willen veranderen. De minister stelt namelijk vast dat het aantal weigerambtenaren na tien jaar openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht al flink is afgenomen. Bovendien wil ze de gemeenten op de Veluwe niet dwingen weigerambtenaren te ontslaan. ‘Vrijheid van religie is ook belangrijk, gun elkaar die ruimte’, zegt ze.
Ook voor het beƫindigen van het fenomeen weigerambtenaren is een Kamermeerderheid. Bovendien wordt dit ook bepleit door de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Het kabinet heeft toegezegd opnieuw naar het oordeel daarover van de CGB te kijken en uiterlijk eind oktober een standpunt over te geven aan de Tweede Kamer.
GroenLinks heeft op de dag van de Canal Parade het kabinet opgeroepen ‘kleur te bekennen’ over weigerambtenaren. GroenLinks-Kamerlid Ineke van Gent dreigt haar aangehouden motie over de kwestie alsnog in stemming te brengen als het kabinet niet na de zomer met een wettelijke regeling komt om een einde te maken aan het fenomeen weigerambtenaar.
Van Gent wijst erop dat het huwelijk inmiddels meer dan 10 jaar is opengesteld voor paren van gelijk geslacht. Zij vindt het niet kunnen dat er ‘nog steeds ambtenaren zijn die de wet niet uitvoeren’. In haar ogen accepteren steeds meer gemeenten, waaronder Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en deze week Groningen, dit niet langer. ‘Maar er zijn ook gemeenten die dat nog wel doen’.