Hebben christenen, toen ze nog de meerderheid hadden, anderen de ruimte gegeven die ze –nu zelf minderheid– van hen vragen?
Die spiegel hield directeur Kars Veling van het Huis voor Democratie en Rechtsstaat de aanwezigen gisteren voor bij het afscheidssymposium in de Oude Zaal van de Tweede Kamer.
De christelijke partijen die nu ruimte vragen voor weigerambtenaren, hebben het huwelijk voor paren van gelijk geslacht altijd fel bestreden. En zich daarmee dus intolerant opgesteld door geen ruimte te geven aan paren van gelijk geslacht die ook graag met elkaar wilden trouwen.
Voormalig ChristenUnie-senator Egbert Schuurman was de eerste die toegaf ‘dat het best zo zou kunnen zijn dat wij zelf te ver zijn gegaan’.
Tot aanvaarding van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht wordt ook een pleidooi gehouden door een rechter van SGP-huize in een ander artikel in het Reformatorisch Dagblad dat vrijdag 4 november jl. verschijnt.
‘Ik vind dat je de staatsmacht niet mag gebruiken om een moreel-ethisch principe dwingend op te leggen. De staat moet alleen zijn macht gebruiken als we het er allemaal over eens zijn dat een grens is overschreden. Ik keer me dan ook niet tegen het homohuwelijk’, zegt rechter Dirk Vergunst. ‘Maar dat kan ik, vrees ik, niet uitleggen aan de mannenbroeders van de SGP. Ik wil dat iedereen vanuit zijn eigen levensbeschouwing de ruimte heeft in onze samenleving om zijn leven naar zijn eigen inzichten te leven’.
Zie:
– ‘Christenpolitici toleranter dan seculiere’
– Dilemma’s van een rechter met SGP-sympathie
Zie voor meer informatie ons dossier Homohuwelijk.