Terug naar overzicht

Besluit Leers brengt Irakese LHBT’s voorlopig veiligheid

Minister Leers (Immigratie en Asiel) heeft besloten om voorlopig geen lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders (LHBT’s) meer uit te zetten naar Irak. COC-bestuurslid Eunice den Hoedt spreekt van een grote stap op weg naar veiligheid voor Irakese LHBT-asielzoekers in Nederland.

Den Hoedt: ‘Zoals het COC steeds heeft aangegeven, is de situatie voor deze groep in Irak levensgevaarlijk. Wij zijn verheugd dat minister Leers dat nu erkent. Dat is van ongekend belang voor Irakese LHBT-asielzoekers die vreesden voor hun leven bij uitzetting en die in ons land voorlopig een veilige haven vinden.’
 
Den Hoedt dringt er op aan dat de tijdelijke maatregel snel wordt omgezet in een definitief besluit. ‘Wij vragen politieke partijen daar nog voor de verkiezingen uitsluitsel over te geven.’
 
Het COC vroeg minister Leers en de Tweede Kamer in maart om geen LHBT’s meer uit te zetten naar Irak. Diverse mensenrechtenorganisaties wezen in brandbrieven op gruwelijke geweldcampagnes tegen LHBT’s in Irak.
 
Aanleiding voor het besluit van minister Leers is een alarmerend ambtsbericht van het ministerie van Buitenlandse Zaken over de benaderde positie van LHBT’s in Irak. Op grond daarvan pleit het COC er voor om Iraakse LHBT-asielzoekers als groep een hogere beschermde status te verlenen om uitzetting te voorkomen.
 
Het nieuwe ambtsbericht geeft daarvoor alle reden. Het beschrijft een situatie in Irak waar LHBT’s ‘in constante angst leven voor discriminatie, afwijzing door familieleden, sociale isolatie en geweld’. Het systeem van geweld tegen LHBT’s word beschreven als ‘een cyclisch patroon’ met terugkerende geweldspieken. Sinds 2003 zouden daarvan 750 LHBT’s het slachtoffer zijn geworden.
 
Het COC pleit er daarom voor om LHBT’s uit Irak te beschouwen als ‘personen die behoren tot een groep die systematisch wordt blootgesteld aan een praktijk van onmenselijke behandeling’. De huidige bescherming als ’kwetsbare minderheidsgroep’ laat de mogelijkheid van uitzetting van LHBT’s naar Irak open en volstaat daarom niet.
 
Zover gaat minister Leers (vooralsnog) niet. Op grond van de informatie uit het ambtsbericht is de minster ‘voornemens op zo kort mogelijke termijn’ de ‘consequenties voor het toelatingsbeleid te bezien’ en de Tweede Kamer daarover te informeren.
 
Voorafgaande daaraan heeft minister Leers besloten dat niet beslist wordt op asielaanvragen van Iraakse LHBT’s. Deze zaken worden aangehouden, ‘behoudens op zaken waarin contra-indicatis bestaan of waarbij Nederland niet verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag’.
 
Verder zegt de minister toe ‘geen onomkeerbare stappen te zetten ten aanzien van Iraakse LHBT’s die een asielverzoek hebben ingediend en waarvan de behandeling de verantwoordelijkheid van Nederland is’, tot dat de Tweede Kamer zich over het besluit van de minister heeft kunnen uitspreken. De minister zegt daarbij dat ‘zaken waarin openbare orde contra-indicaties worden tegengeworpen’ uitgezonderd zijn van deze toezegging.
 
D66-Kamerlid Schouw had over deze kwestie een spoeddebat aangevraagd om te voorkomen dat Iraakse LHBT-asielzoekers nog uitgezet worden.
 
[Bron: COC NL]