Terug naar overzicht

Jongeren nog altijd homonegatief

Jongeren hebben helaas nog altijd een overwegend homonegatieve houding. Dat blijkt uit een onderzoek van EduDivers naar de sociale uitsluiting en stereotypen rond homoseksualiteit die jongeren en homo- en lesbische volwassenen ervaren. 

Uit het onderzoek blijkt dat van de middelbare scholieren 32 procent in de pauze niet naast een homoseksuele klasgenoot wil zitten. 67 procent houdt afstand van homoseksuele medeleerlingen of voelt zich onzeker over het contact. En slechts 34 procent vindt homoseksualiteit ‘een natuurlijke seksuele gerichtheid’. Daarnaast maken de opmerkingen van de scholieren glashelder dat afwijken van jongens- of meisjesachtig normgedrag tot grote weerstand leidt onder pubers

“Niet alleen ‘mietje’ of ‘pot’, maar ook ‘homo’ en ‘lesbo’ worden gebruikt om te schelden”, zegt EduDivers-medewerker Peter Dankmeijer. “Dat op zichzelf maakt ervoor uitkomen dat je homoseksueel bent tot een zeer beladen stap. En helemaal tijdens de puberteit, wanneer jongeren gierende hormonen hebben, onzeker zijn en vooral niet op willen vallen als ‘abnormaal’.

Volgens Dankmeijer moeten scholen er juist dan alle energie insteken om te zorgen dat scholieren leren hoe ze hier respectvol en veilig mee omgaan. “Want, als iedereen ‘gedwongen’ wordt om gemiddeld te zijn, is er uiteindelijk voor niemand ruimte om zijn of haar eigen identiteit te ontwikkelen”, stelt Dankmeijer. “De resultaten zijn verrassend. Het huidige emancipatiebeleid en de voorlichting moeten bijgesteld worden.”

EduDivers heeft samen met haar partners in de landelijke Onderwijsalliantie voor Seksuele Diversiteit de MijnID-campagne ontwikkeld. MijnID staat voor ‘Mijn Identiteit’, een programma gericht op identiteitsontwikkeling bij kinderen en dan vooral de ontwikkeling van hun seksuele identiteit. Middels deze campagne worden op scholen geworven die zich sterk maken voor een veilig schoolklimaat waarin ieder kind zichzelf kan zijn.

COC organiseert door heel het land voorlichtingslessen over seksuele diversiteit. Voor veel scholieren betekent de voorlichting hun eerste contact met mensen die niet heteroseksueel zijn. Er wordt gesproken over vooroordelen, gender, pesten, schelden, coming out-verhalen, wetgeving, maatschappij, religie en cultuur. De scholieren mogen alles aan de voorlichters vragen. Naast de COC-voorlichting activeert COC leerlingen en docenten om zogenaamde Gay-Straight Alliances op te richten. Dit zin schoolclubs die seksuele diversiteit bespreekbaar en zichtbaar maken binnen de school.

[Bron: EduDivers – Foto Girls Only: Willem Poelstra/EduDivers]

Zie voor alle informatie het EduDivers-onderzoek ‘Mietjes moeten we niet’.